De natuur ontdekken is is precies wat Humboldt deed: op een bootje door de Orinoco, over een vulkaan, in een zilvermijn en maar kijken en meten. Zonder vooroordelen en met grote nieuwsgierigheid.
Zoals Jitske Kramer doet in Voodoo: haar verslag van een zevendaagse reis naar Togo waarin ze, middels soms nogal confronterende rituelen, wordt ingewijd in voodoo. Een schattig wit geitje dat met opgebonden pootjes op haar schoot geplaatst wordt, zal straks gedood worden om haar zonden met zich mee te nemen. Ze wordt geblinddoekt meegevoerd het woud in en geeft zich daar over aan een reinigingsritueel. Ze laat het vocht van een slak in haar ogen druppelen. Ze kijkt en meet en registreert. Zonder vooroordelen en met grote nieuwsgierigheid. De antropologische blik, noemt ze dat.
'De beste manier om je eigen culturele aannames te leren kennen, is om met vreemden om te gaan. De mensen die dingen echt anders zien of doen dan jij, laten je naar jezelf kijken. Elke verbazing of irritatie, elke emotie in het contact met de ander, zegt niet zoveel over de ander, maar in wezen alles over jezelf.'
Ja, ja ... maar als je dan, weken na terugkeer in je vertrouwde omgeving een brief ontvangt van de voodoopriester waarin allerlei leefregels staan die passen bij je lotsbestemming, hoe ga je daar dan mee om? Kun je dat negeren, nadat je door een dergelijke rite de passage bent gegaan? Kun je er een beetje in geloven?
Jitske Kramer neemt je mee op reis. Naar Togo, maar ook naar jezelf. De ontmoeting met een onbekende wereld, de antropologische blik en de vaak fundamentele vragen die ze aan de lezer stelt, maken het lezen van Voodoo tot een ontdekkingsreis. Bijna in de geest van Alexander von Humboldt.
Bert Thiel (1961) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde. Hij doceert Nederlands op het Norbertus Gertrudis Lyceum in Roosendaal.
Over Bert Thiel
Bert Thiel (1961) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde in Leiden. Hij gaf ruim dertig jaar les in het voortgezet onderwijs. Nu leest, dicht en schrijft hij.