In 2017 vielen mij ernstige beschuldigingen ten deel. Aan de hand van dagelijks bijgehouden aantekeningen kon ik ordenen. Het hielp me mezelf te verdedigen en was daardoor uiteindelijk in staat de beschuldigingen te ontzenuwen.
Vrees voor (nog meer) reputatieschade en negatieve consequenties voor de carrière is vaak een beperking bij het in alle openheid delen van ervaringen. Ik besloot dat in Kafka in Corporatieland juist wel te doen, mijn lessen te delen, inzicht te geven en zaken bespreekbaar te maken.
Beschuldigingen, framing en tunnelvisie
Hoe raak je als directeur-bestuurder in zo’n proces verzeild? Het kan iedereen overkomen. Er is maar een gefrustreerde medewerker nodig, die een emmer met bagger over de schutting gooit bij de toezichthouders van de Autoriteit Wonen. De daar werkende ambtenaren willen scoren bij de Haagse politiek, ze moéten scoren. Ze duiken er op en roepen de raad van commissarissen ter verantwoording. Die laat vervolgens zwaar geïntimideerd al snel haar bestuurder vallen. De forensisch onderzoeker doet daarna de rest. Hij is op zoek naar bevestiging, niet naar waarheidsvinding. Vanuit een tunnelvisie koersten de Autoriteit, de raad van commissarissen en de forensisch onderzoeker in mijn geval gezamenlijk compromisloos op hetzelfde resultaat. Ook toen gaandeweg de beschuldigingen niet houdbaar bleken, werd vastgehouden aan de ingezette koers. Tot het bittere eind. Zo is het kortweg gegaan.
Geen noodrem
En wat als er niks aan de hand blijkt te zijn? Waarom trekt er dan niemand aan de noodrem? Het antwoord daarop is simpel. Er is geen noodrem, bovendien heeft in zo’n geval niemand belang bij het trekken aan de noodrem. Er moeten koppen rollen. Het zijn processen waarin belangen, posities en macht soms op een Machiavellistische wijze meer gewicht krijgen dan de waarheid of waarheidsvinding. In mijn geval leek het te kloppen.
Angstindex
De raad, de Autoriteit, de validator, allen zagen ze mijn vertrek als wenselijk, noodzakelijk zelfs, maar toch wenste of durfde niemand daarvoor de verantwoordelijkheid te nemen. De raad wees naar de Autoriteit en de forensisch onderzoeker. De Autoriteit wees naar de onderzoeker en de raad. En ondertussen verschoven de argumenten van integriteitsschendingen, naar bedrijfscultuur, naar fusie en ten slotte ook nog naar zelfreflectie en bestuurlijk vermogen en weer terug, als dat in de discussie beter uitkwam.
Het lijkt er daarbij sterk op dat er voor de commissarissen bij woningcorporaties een angstindex bestaat. Een graadmeter voor door commissarissen voorvoelde be- en veroordelingen van de accountant of de Autoriteit woningcorporaties. Een index ook, die zorgt dat je je ernaar gaat gedragen.
Good governance op het tweede plan
Angst voor een negatief oordeel van de accountant en voor zijn kanttekeningen bij de jaarstukken, voor het mogelijk ontbreken van zijn goedkeurende verklaring? Of angst voor een afstraffing door de Autoriteit woningcorporaties bij een beoogde (her)benoeming? Angst voor het dan niet doorstaan van de ‘Toets geschiktheid en betrouwbaarheid’ van de Autoriteit, de ‘fit en proper’-toets? Angst voor het opgelegd krijgen van een bestuurlijke boete of een aanwijzing door de onaantastbare bureaucraten van de Autoriteit woningcorporaties? Angst voor al die zaken die de reputatie van een commissaris schaden. Angst die er voor zorgt dat good governance, behoorlijk bestuur en de kwaliteit van de volkshuisvesting uiteindelijk op het tweede plan kunnen geraken.
Over Gerrit Teunis
Gerrit Teunis werkte bijna 30 jaar als directeur-bestuurder voor woningcorporaties in Hardenberg, Enschede en Zandvoort. In de jaren daarvoor deed hij ruime ervaring op bij de gemeenten Zwolle en Almere en bij koepelorganisatie Nationale Woningraad.