Onmacht wordt vaak gevoeld door het individu, maar speelt vaak (ook) op een ander niveau dan zuiver het individuele. Van Oss en Van 't Hek willen vooral de onmacht die ze breed in de maatschappij observeren. Een onmacht die ontstaat 'omdat vaste zekerheden en voorspelbaarheden verdwijnen' terwijl er nog geen goed alternatief voorhanden is. Het boek biedt een interessante analyse en is voorzien voor een uitstekende literatuurlijst waar de geïnteresseerde lezer nog naar hartenlust in kan grasduinen.
De auteurs duiken in het thema onmacht en doen dat vanuit veel perspectieven: maatschappelijk, individueel, relationeel en systemisch. Uiteindelijk duiken ze dieper in onmacht in organisaties en hoe je enerzijds soms moet durven het systeem bij veranderingen zichzelf te laten aanpassen, maar tegelijkertijd ook moet durven ingrijpen in patronen en gewoontes die niet langer werken en die 'stuk maken'. Verandering gaat nooit helemaal zoals verwacht. Het is maar gedeeltelijk maakbaar en de leider/veranderaar moet hiervoor de randvoorwaarden scheppen.
Zelf heb ik wel even over dit boek gedaan. Ik begon ermee toen we nog vol in de 'intelligente lockdown' vanwege het Corona-virus zaten en heb het pas net uit. Inmiddels gaat onze wereld weer een beetje open, maar zien we grote onrust in de Verenigde Staten na de arrestatie en dood van George Floyd. Net als de pandemie is ook deze schokgolf breed door de wereld gegaan. Het boek ervoer ik daarom ook als heel actueel. Bij Corona weten we nog niet hoe en wanneer het eindigt, maar hebben we wel het gevoel dat er een 'vóór en na Corona' is. Datzelfde gevoel krijg ik (en misschien is de hoop hier de vader van de gedachte) bij de hele kwestie rondom George Floyd. Misschien komt er ook een 'vóór en na' George Floyd, waarbij er net als de 'me too' beweging, bepaalde zaken niet langer maatschappelijk geaccepteerd of volledig genegeerd worden.
We bevinden ons in beide gevallen in een vacuüm. Het oude is nog niet voorbij en het nieuwe voelt nog niet als die spreekwoordelijke oude jas die zo lekker zit. We zien en ervaren dat er verandering in de lucht zit. Misschien hopen we er wel op. Maar we zijn er nog niet. Dat levert onmacht op. En over dat soort onmacht gaat dit boek. We voelen de onmacht vaak als individu. Maar het speelt zich veelal af binnen een grotere maatschappelijke, organisatorische en/of systemische orde. En al deze delen moeten zich ook verhouden tot elkaar en aanpassen aan elkaar. Dit brengt veel complexiteit mee. We denken als mensen van nature vaak in oorzaak en gevolg. Maar één oorzaak kan meerdere gevolgen hebben. En veel van die gevolgen kunnen we a. niet overzien en hebben we b. niet in de hand.
Van 't Hek en Van Oss wijzen op zaken die zich buiten ons gezichtsveld afspelen, maar wel mede de uitkomsten bepalen en kunnen leiden tot onmacht. Ze wijzen op de bijverschijnselen van wat ze 'vulgair postmodernisme' noemen. Oftewel hoe feiten lijken te zijn verworden tot 'ook maar een mening'. Hoe het neoliberalisme bijna als een soort natuurwet wordt genomen als uitgangspunt voor het organiseren van onze maatschappij, maar dat er onder dit meritocratische denken zeker ook sprake is van macht en onmacht. Dat neoliberalisme niet heilig is en zeker geen natuurwet die alles hoeft te bepalen. Een kolfje naar mijn hand, zeg ik als kritisch denkende linksige rakker.
Uiteindelijk trekken de auteurs het verhaal van onmacht door naar onmacht bij veranderingen in organisaties. Hoe we met onze liberale meritocratische pet op denken dat we het organisatiesysteem maakbaar is, hoe we dat systeem zeker kunnen beïnvloeden en waar nodig 'stuk' kunnen maken, maar hoe we soms ook dingen moeten laten lopen. Omdat we niet alles in de hand hebben en het systeem ook zijn eigen intrinsieke kracht en aanpassingsvermogen heeft en zelf ook beweegt tijdens het veranderproces. Misschien niet in de richting die je dacht, maar wel in een richting die werkt. Het is aan veranderaars om de voorwaarden te scheppen voor een verandering in de richting die ze willen. Onderdeel van die voorwaarden is ook het delen van een visie en het scheppen van een afgebakende ruimte waarbinnen het systeem en vooral de mensen daarin kunnen bewegen. Hoe de ruimte richting geeft en daarmee ook het hoofd biedt aan gevoelens van onmacht.
Ten slotte komen de auteurs in het laatste hoofdstuk van Onmacht tot een nieuwe veranderetiquette. Ik ga deze niet volledig herhalen. De auteurs geven aan dat we ons moeten realiseren dat er ook dingen zijn die niet oplosbaar zijn en dat het leven onvolmaakt is. 'Het gaat ook om amor fati, het vermogen om het lot lief te hebben'. Ik kan me daar alleen maar bij aansluiten!
Sippy van Akker MSc is bestuurskundige en legt zich toe op coaching en consultancy op het gebied van mens, werk en zingeving. Sippy schrijft over deze onderwerpen op zinvollerleven.nl, platform voor bewust en zinvol leven en werken.
Over Sippy van Akker
Sippy van Akker MSc is bestuurskundige en legt zich toe op coaching en consultancy op het gebied van mens, werk en zingeving. Sippy schrijft over deze onderwerpen op zinvollerleven.nl, platform voor bewust en zinvol leven en werken.