Het eerste hoofdstuk gaat nader in op de ellebogenwerker. De vier ambtenaren willen duidelijk zijn: de ellebogenwerker is oprecht. Hij doet niet alsof, is geen huichelaar of hypocriet, maar wendt middelen aan om er beter van te worden. En als mensen ergens beter van worden, profiteren anderen daar ook van. Als voorbeeld wordt de levensloop geschetst van Adje Peeër, de ultieme ellebogenwerker. Helaas zorgt dat verhaal er niet meteen voor dat je nu veel sympathie krijgt voor ellebogenwerkers. En het roept de vraag op: wil ik zo zijn? Is de ellebogenwerker wel een ethisch verantwoorde figuur, zoals de auteurs willen doen geloven? Gelukkig is het tweede hoofdstuk, de kern van het boek, recht door zee en gespeend van dit soort filosofische bespiegelingen. Hierin worden de tien belangrijkste tactieken van ellebogenwerk beschreven. Op luchtige, vaak amusante en soms hilarische wijze beschrijven de auteurs tien tactieken die je kan toepassen om gedaan te krijgen wat je wil. Ze zijn herkenbaar en gelardeerd met zowel bedachte als waar gebeurde en vaak zeer bekende voorbeelden. Wat echter jammer is, is dat het een beetje aan de oppervlakte blijft hangen. Er worden wel tips gegeven hoe je de tactiek kan inzetten, maar nergens worden deze echt concreet. Er worden veel voorbeelden gegeven uit de praktijk, maar nergens worden die zodanig geanalyseerd zodat we er echt iets van kunnen leren. Grappig zijn de voorbeelden in hoofdstuk 3 die aangeven hoe het ellebogenwerk in te zetten is in andere situaties dan het werk. Van het veroveren van een ligbed aan een druk bezet hotelzwembad in Marbella, via het aansturen op een echtscheiding (en iedereen sympathie te laten hebben met jou) tot aan de beste koopjes wegkapen in de uitverkoop. De voorbeelden zijn grappig, maar helpen ze je echt verder? Nog steeds blijft de vraag: Wil ik een ellebogenwerker zijn? Wat heb ik nu aan dit boek? De auteurs hebben echter wel gelijk met hun stelling dat iedereen het doet en dat betekent dus ook dat iedereen er mee te maken krijgt. En daarin zit het nut van het boek. Je wordt je weer eens bewust van de spelletjes die om je heen gespeeld worden en ja, sommige spelletjes kan je zelf ook spelen! Het is alleen jammer dat er niet ook duidelijke aanwijzingen worden gegeven hoe je om kan gaan met je collega die zijn ellebogen inzet met jou als doelwit. Wat doe je als jij in diskrediet wordt gebracht (tactiek 1)? Hoe ga je er mee om als over jou roddels worden verspreid (tactiek 3)? Hoe herken je onderdanigheid vanuit het verkeerde motief (tactiek 9)? Het is jammer dat dat aspect niet verder is uitgewerkt, want dan was het niet alleen een grappig, maar zeker ook een nuttig boek geweest. Nu blijft het nut beperkt tot het herkennnen van de tactieken en de vermakelijkheid om hierover te lezen.
Recensie
Ik werk graag... met mijn ellebogen
Iedereen werkt met de ellebogen. En je bent pas succesvol als je het beter doet dan een ander. Bovendien is het zeker geen schande. De goede, integere ellebogenwerker weegt doel en middelen tegen elkaar af en neemt verantwoordelijkheid voor zijn daden. Dat is de stellingname van Alexander Vier in het boek 'Ik werk graag.... met mijn ellebogen'. Alexander Vier is het gezamenlijke pseudoniem van vier ambtenaren van een niet nader genoemd Duits ministerie. Jarenlang hebben zij gadegeslagen hoe anderen met de ellebogen werken, welke tactieken zij volgen en waarom de een succesvoller is dan de ander. Die ervaringen willen ze delen in het boek met als doel u vaardiger te maken in het betere ellebogen-werk en het u zo mogelijk te maken te bereiken wat u wilt. Dat belooft een leuk boek te worden.