Jezelf ‘branden’, een merk maken van jezelf, dat is de belangrijkste boodschap die Karen Romme in haar boeken uitvent. Zelf is ze er goed in geslaagd een merk te worden. Zo schrijft zij tegenwoordig dankzij Twitter columns in Het Financieele Dagblad. Marketing hoef je deze ZZP’er dan ook niet bij te brengen. Slim als ze is, heeft ze nu dus een light versie gemaakt van iets dat er al was: Calimeromarketing 2.0 in een eierdop. Vergelijk het met de mini-Mars van Mars. Of de (hoe ironisch) kleine Magnum van Unilever de. Voor ieder wat wils dus.
Romme komt dus met een ‘Calimero versie’ van haar boek Calimeromarketing 2.0 uit 2009. Daarin kunnen we nogmaals lezen dat een klein ondernemer zich moet ontwikkelen tot een vuurtoren. Je moet niet gaan zoeken naar klanten omdat dat vaak zoeken is naar spelden in een hooiberg. Nee, klanten moeten als het ware automatisch op ‘jouw licht’ afkomen omdat je jezelf manifesteert. Dat kan bijvoorbeeld door les te gaan geven, artikelen te schrijven in vakbladen, op te treden op congressen, of, in het geval van Romme, door columns te schrijven in een gerenommeerde krant. Succes gegarandeerd.
In het toch al tamelijk dunne boekje wordt de lezer door forse ‘streamers’ telkens nog even op handige instrumenten gewezen om zichzelf boven het maaiveld te doen laten uitstijgen. De uitsmijter in hoofdstuk negen is bijzonder aardig: ‘Op internet is elk bedrijf even groot, namelijk de grootte van een beeldscherm.’ Een waarheid als een koe! Op websites kun jezelf groter maken dan je misschien wel bent. De entree van Unilever, de homepage dus, is ook maar één beeldscherm groot.
Nog een belangrijke en bruikbare tip: gebruik volop de diverse sociale media, maar alleen als dat bij je past. Romme zelf is het levende bewijs wat dat kan opleveren, in haar geval een column. Maar voor elke ZZP’er is ‘social media’ een perfect instrument om een merk te worden. Dat wisten we al uit eerdere boeken van Romme, en dit even handige als handzame boekje vormt daarop geen uitzondering. En bevestigt nogmaals het merk ‘Karen Romme’. Met de aantekening dat ze wel moet oppassen dat er niet te veel toch gelijksoortige eieren uit de legbatterij gaan komen.