Jan Lokin is emeritus hoogleraar Romeins recht en rechtsgeschiedenis aan de Rijks Universiteit Groningen.
Meer over Jan LokinAfscheiding van bestanddelen
Een studie naar Romeins, Duits en Nederlands burgerlijk recht
Gebonden Nederlands 2022 1e druk 9789013168778Samenvatting
Nu de mogelijkheden voor circulaire bouw in hoog tempo toenemen, stijgt ook de belangstelling voor de gevolgen van afscheiding van zaken. Toch ontbrak het in de literatuur aan een meeromvattende studie naar dit onderwerp. Dit proefschrift vormt de eerste studie naar de goederenrechtelijke gevolgen van deze afscheidingen.
Het proefschrift Afscheiding van bestanddelen levert een eerste uitvoerige studie naar de gevolgen van afscheiding en de afscheidingsrechten (ius tollendi). Het onderzoek bevat een weergave van het goederenrechtelijk leerstuk van de afscheiding van bestanddelen naar Romeins, Duits en Nederlands recht en is een voortbrengsel van een leerstellige rechtsvergelijking op historische grondslag.
De auteur brengt de gevolgen van afscheiding grondig in kaart. Hierbij maakt hij onderscheid tussen afscheiding in het algemeen en afscheiding op grond van een afscheidingsrecht. Ook wordt daarbij stilgestaan bij het spiegelbeeld van afscheiding: de verbinding. Voorafgaand aan de afscheiding vindt immers dikwijls een verbinding van zaken plaats.
Het proefschrift verschijnt in een tijd van toenemende belangstelling voor de gevolgen van afscheiding, mede door de technologische ontwikkelingen die het mogelijk maken om (bestand)delen van een zaak eenvoudig en zonder schade te verwijderen. Ook de opkomst van de ‘circulaire economie’ met de ‘circulaire bouw’, waarin onder meer gestreefd wordt om materialen te hergebruiken, draagt hieraan bij. Ondanks deze stijgende belangstelling voor afscheiding van zaken, ontbreekt een meeromvattende studie hierover. Dit proefschrift zet hierin een nuttige eerste stap, waarmee het zowel praktijkjuristen als wetenschappers dient.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
Inleiding 1
1. Introductie afscheiding van bestanddelen 1
2. Continuïteit in het zakenrecht 3
3. Formele en materiële continuïteit 4
4. Afbakening onderzoek: continuïteit en afscheiding van bestanddelen 5
5. De circulaire economie 7
6. De onderzoeksvraag 9
7. Methode en opzet 9
7.1 Rechtshistorisch hoofdstuk: het Romeinse recht 9
7.2 Rechtsvergelijkend hoofdstuk: het Duitse recht 11
7.3 Het Nederlandse Oud Burgerlijk Wetboek 12
7.4 Het Burgerlijk Wetboek van 1992 13
8. Indeling 13
Hoofdstuk 1 Het Romeinse recht 15
1.1 Inleiding 15
1.2 Over zaken 16
1.2.1 Soorten 16
1.2.2 Lichamelijke en onlichamelijke zaken 17
1.2.3 Niet-samengestelde zaken 18
1.2.4 Samengestelde zaken 18
1.2.5 Zaken die met één overkoepelende benaming werden aangeduid 19
1.2.6 Deelbare en ondeelbare zaken 20
1.2.7 Ondergeschikte zaken 22
1.2.8 Res mancipi en res nec mancipi 23
1.2.9 Roerend en onroerend 24
1.2.10 Tussenstand 24
1.3 Gevolgen van de vereniging van zaken 24
1.3.1 Inleiding 24
1.3.2 Mede-eigendom 26
1.3.3 Vermenging 27
1.3.4 Oneigenlijke vermenging 29
1.3.5 De acties van de mede-eigenaar 30
1.4 Natrekking 33
1.4.1 Natrekking van een roerende zaak door een onroerende zaak 34
1.4.2 Natrekking van een roerende zaak door een andere roerende zaak 36
1.4.3 Hoofdzaak 37
1.4.4 Zakenrechtelijke rechtsgevolgen door vereniging: tenietgaan 39
1.4.5 Dominium dormiens 40
1.4.6 Eigendomsrecht op een bestanddeel 41
1.4.7 Verjaring van bestanddelen 44
1.5 Actio ad exhibendum 48
1.6 Het vroeg-Romeinse procesrecht 52
1.6.1 Inleiding: het Romeinse recht is een recht van acties 52
1.6.2 De legis actio 53
1.6.3 De legis actio sacramento in rem 54
1.6.4 De legis actio sacramento in personam 57
1.6.5 Proces in twee fasen: in iure en apud iudicem 58
1.6.6 Litis contestatio 59
1.6.7 De actio ad exhibendum in het legis actio-proces 62
1.7 Het formula-proces 63
1.7.1 Van de legis actiones naar het formula-proces 63
1.7.2 De clausulae en actiones arbitrariae 66
1.8 De actio ad exhibendum in het formula-proces 69
1.8.1 De hoofdfunctie van de actie tot productie in het formula-proces 69
1.8.2 De eiser 71
1.8.3 De gedaagde 74
1.8.4 De hoofdactie: actio directa 76
1.8.5 Geen hoofdactie, wel een actio ad exhibendum 79
1.8.6 De formula van de actio ad exhibendum 82
1.8.7 Quanti ea res erit 86
1.8.8 De actio ad exhibendum: een persoonlijke actie met zakelijke kenmerken 87
1.8.9 De procesorde van Justinianus 90
1.9 De actio ad exhibendum als actio ad separandum 93
1.9.1 Actio ad separandum 93
1.9.2 Paulus over natrekking en afscheiding 95
1.9.3 De actio ad exhibendum en de actio tigno iuncto 99
1.10 Dominium dormiens of een nieuw eigendomsrecht? 103
1.10.1 Inleiding 103
1.10.2 Dominium, prior dominium, pristinum dominium 103
1.10.3 Bezwaren tegen het aannemen van een dominium dormiens 104
1.10.4 Argumenten voor het aannemen van een nieuw eigendomsrecht 105
1.10.5 Weerlegging; van een slapende eigendomsactie naar een slapend eigendomsrecht 107
1.10.6 De oorspronkelijke zaak gaat door afscheiding teniet 108
1.10.7 Beschikken over een “slapend” eigendomsrecht 109
1.11 De actio ad exhibendum en de beperkte rechten 111
1.11.1 Inleiding 111
1.11.2 Het vestigen van een beperkt recht op de hoofdzaak na de vereniging 112
1.11.3 Het vestigen van een beperkt recht op een bestanddeel na de vereniging 113
1.12 De exceptio doli en de clausula arbitraria 116
1.13 Afscheiding van een bestanddeel in het Romeinse recht (conclusie) 118
Hoofdstuk 2 Het Duitse recht onder het BGB 121
2.1 “Zaken” in het BGB 121
2.1.1 Inleiding 121
2.1.2 Het zaaksbegrip in het BGB 121
2.1.3 Eenheidszaak 122
2.1.4 Samengestelde zaak 123
2.1.5 Bestanddelen 124
2.1.6 Wezenlijke bestanddelen 125
2.1.6.1 “Zerstörung” 126
2.1.6.2 “Veränderung in seinem Wesen” 127
2.1.7 Wezenlijke bestanddelen van grond en gebouwen 129
2.1.7.1 §94 lid 1 BGB 130
2.1.7.2 §94 lid 2 BGB 131
2.1.7.3 Schepen en luchtvaartuigen/vliegtuigen 133
2.1.8 Rechtsgevolgen wezenlijke bestanddelen 134
2.1.9 Onwezenlijke bestanddelen 135
2.1.10 Serienmäβig 136
2.1.11 De rechtszekerheid 138
2.1.12 §95 BGB: Scheinbestandteile 139
2.1.12.1 Nur zu einem vorübergehenden Zweck 141
2.1.12.2 Verbindung in Ausübung eines Rechts 143
2.1.13 Rechtsgevolgen schijnbestanddelen 144
2.1.14 §97 BGB: hulpzaken 147
2.1.15 De hulpzaak en de “hoofdzaak” 148
2.1.16 Rechtsgevolgen hulpzaken 150
2.2 Vereniging van zaken: de natrekkingsregels van §946 en §947 BGB 153
2.2.1 §946 BGB 153
2.2.2 Dwingend recht en de rechtsgevolgen van §946 BGB 154
2.2.3 §947 BGB 156
2.3 De afscheiding van zaken 160
2.3.1 §953 BGB 160
2.3.2 Uitzonderingen op §953 BGB 164
2.4 Wegnahmerechte 166
2.4.1 De Romeinsrechtelijke wortels van de Wegnahmerechte 166
2.4.2 Wegnahmerecht algemeen: §258 BGB 167
2.4.3 De Wegnahmerechte in het BGB 169
2.4.4 Het Wegnahmerecht uit een contractuele rechtsverhouding 171
2.4.4.1 Einrichtung 172
2.4.4.2 De wegneemgerechtigde 173
2.4.5 Het Wegnahmerecht van de (eigen)bezitter (§997 BGB) 174
2.4.6 Het zakelijke karakter van het Wegnahmerecht 175
2.5 Een afscheidingsrecht voor de niet-bezitter? 177
2.5.1 Het Wegnahmerecht van §951 BGB 177
2.5.2 Intermezzo 178
2.5.2.1 Voorontwerp van Reinhold Johow (1880) 178
2.5.2.2 Eerste ontwerp BGB 179
2.5.2.3 Tweede ontwerp BGB 180
2.5.2.4 Geen herstel van de oude toestand 181
2.5.3 Discussie over het Wegnahmerecht van §951 BGB: het BGH versus de literatuur 183
2.5.4 Derdenbescherming op grond van §932 BGB 186
2.5.5 Een Wegnahmerecht en de beperkt gerechtigde
van de hoofdzaak 188
2.6 De freie Aneignung 190
2.6.1 Freie Aneignung (§958 BGB) en het Aneignungsrecht 190
2.7 Het Aneignungsrecht bij afscheiding van zaken 193
2.7.1 Inleiding 193
2.7.2 Een nieuw eigendomsrecht 193
2.7.3 De reikwijdte van het Aneignungsrecht 194
2.7.4 De beperkt gerechtigde, het Wegnahmerecht en het Aneignungsrecht 197
2.8 Afscheiding van een bestanddeel in het Duitse recht (conclusie) 198
Hoofdstuk 3: Het Nederlands Burgerlijk Wetboek van 1838 203
3.1 “Zaken” in het Oud Burgerlijk Wetboek (OBW) 203
3.1.1 Inleiding 203
3.1.2 Het zaaksbegrip in het OBW 204
3.1.3 Onlichamelijke zaak 205
3.1.4 Lichamelijke zaak 206
3.1.5 Roerende en onroerende zaken 207
3.1.6 De artikelen 562 en 563 OBW 208
3.1.6.1 De bestemming 209
3.1.6.2 Aard- en nagelvast 211
3.2 Natrekking 212
3.2.1 Inleiding 212
3.2.2 De hoofdzaak 215
3.2.3 Roerende zaken, vermenging en natrekking: art. 664 OBW 217
3.2.4 Natrekking: regels van dwingend recht? 220
3.2.5 Geen dominium dormiens 223
3.3 Bestanddelen, bijzaken en hulpzaken 223
3.3.1 Bestanddelen 223
3.3.2 Bijzaken 226
3.3.3 Hulpzaken 228
3.3.4 Tijdelijke verbinding 230
3.4 De ontwikkeling in de discussie over bestanddelen, bij- en hulpzaken 233
3.4.1 Inleiding 233
3.4.2 De literatuur over bestanddelen, bij- en hulpzaken 233
3.4.2.1 De leer van Diephuis 233
3.4.2.2 De leer van Opzoomer en Land 235
3.4.3 De rechtspraak over bestanddeelvorming en bijzaken bij roerende zaken 236
3.4.3.1 Sleepboot Egbertha 236
3.4.3.2 Het Bloembollen-arrest 241
3.4.3.3 Schaap-Stafmateriaal-arrest 242
3.4.3.4 De verkeersopvatting 244
3.4.4 De nekslag voor de bijzaak uitgedeeld door Brahn en Van der Grinten 246
3.4.4.1 Brahn 246
3.4.4.2 Brahn over Beekhuis en het Bloembollenarrest 246
3.4.4.3 Van der Grinten 247
3.4.5 Na de bijzaak sneuvelt ook de hulpzaak 249
3.4.6 Leer Diephuis tegenover leer Van der Grinten 250
3.5 Geen bijzaak en geen hulpzaak, wat dan wel? 251
3.5.1 Onvrede 251
3.5.2 Rechtszekerheid voor de niet-contractuele partij 252
3.5.3 Enkele suggesties uit de literatuur om de onvrede weg te nemen 254
3.6 Afscheiding van een bestanddeel van een samengestelde zaak 258
3.6.1 Inleiding 258
3.6.2 De herkomst van het eigendomsrecht op een afgescheiden zaak 259
3.6.3 Vruchttrekking 259
3.6.4 Afscheiding van een bestanddeel 263
3.6.5 Tijdelijke afscheiding heeft geen, defi nitieve afscheiding heeft wel zakenrechtelijke gevolgen 266
3.6.6 Het “impliciete” afscheidingsrecht van de eigenaar 268
3.6.7 De iura tollendi 269
3.6.8 Het “recht van toe-eigening” (het “recht van verwerving”) 270
3.7 Afscheiding van een bestanddeel in het OBW (conclusie) 273
Hoofdstuk 4 Het Nederlands Burgerlijk Wetboek van 1992 275
4.1 “Zaken” in het Burgerlijk Wetboek van 1992 275
4.1.1 Inleiding 275
4.1.2 Het zaaksbegrip in het BW 275
4.1.2.1 Stoffelijk object 276
4.1.2.2 Voor menselijke beheersing vatbaar 277
4.1.3 Identiteit 279
4.1.4 Enkelvoudige zaken, samengestelde zaken en algemeenheid van zaken 279
4.1.5 Roerende en onroerende zaken 280
4.1.5.1 Vereniging 281
4.1.5.2 Duurzaam 283
4.1.6 Registergoederen 286
4.2 Drie beginselen in het zakenrecht: individualiserings-, eenheids- en publiciteitsbeginsel 287
4.2.1 Individualiseringsbeginsel 287
4.2.2 Het eenheidsbeginsel 288
4.2.3 Het publiciteitsbeginsel 289
4.2.4 Tot slot: de goederenrechtelijke beginselen, bestanddeelvorming en natrekking 290
4.3 Bestanddelen in het BW 290
4.3.1 Inleiding 290
4.3.2 Bestanddelen op grond van art. 3:4 lid 1 BW 291
4.3.3 De verkeersopvatting 291
4.3.4 Bestanddelen op grond van art. 3:4 lid 2 BW 295
4.3.5 Beschadiging van betekenis 296
4.3.6 Het eigendomsvoorbehoud en het beoogde lid 3 van art. 3:4 BW 297
4.3.7 Argumenten voor schrapping van lid 3 299
4.3.8 Argumenten tegen schrapping lid 3 302
4.4 Natrekking van roerende zaken 306
4.4.1 Inleiding: geen dominium dormiens 306
4.4.2 Hoofdzaak 307
4.4.3 De verkeersopvatting en de hoofdzaak 309
4.4.4 Geen hoofdzaak: mede-eigendom 310
4.4.5 Een hoofdzaak naar Duits recht versus een hoofdzaak naar Nederlands recht 312
4.5 Vermenging 314
4.5.1 Inleiding 314
4.5.2 Roerende zaken die aan verschillende eigenaars toebehoren 317
4.5.3 Het Zalco-arrest 318
4.5.4 Originaire wijze van eigendomsverkrijging en het pandrecht van rechtswege op een aandeel 320
4.5.5 Zaaksvervanging: Zalco een breuk met Mulder q.q./ CLBN? 322
4.5.6 Oneigenlijke vermenging 324
4.6 Natrekking van onroerende zaken 326
4.6.1 Duurzaam met de grond verenigd: art. 5:20 BW 326
4.6.2 The saga continues: zaak, bijzaak en accessoire zaak 329
4.6.3 Het opstalrecht 331
4.7 Afscheiding en splitsing van zaken 335
4.7.1 Inleiding 335
4.7.2 Afscheiding 336
4.7.3 Het eigendomsrecht van het afgescheiden bestanddeel 337
4.7.4 Het wettelijke systeem: alleen eigendomsverkrijging op basis van de wet 339
4.7.5 Zaaksvorming (art. 5:16 BW) als wettelijke grondslag? 341
4.7.6 Natrekking en vermenging (art. 5:14 en 5:15 BW) als wettelijke grondslag? 342
4.7.7 Vruchttrekking (art. 5:1 lid 3 BW) als wettelijke grondslag: de hoofdregel 343
4.7.8 Afscheiding en het beperkte recht 344
4.7.9 Afscheiding en zaaksvervanging 348
4.7.10 Afscheiding en vruchttrekking 350
4.7.11 Appartementsrechten 353
4.7.12 Splitsing 354
4.7.13 Wettelijke uitzonderingen na afscheiding 356
4.8 Afscheidingsrechten 359
4.8.1 ”Impliciete” afscheidingsrechten 359
4.8.2 Expliciete afscheidingsrechten: de iura tollendi 360
4.8.3 Het zakelijke karakter van de iura tollendi 363
4.8.4 De ratio achter de iura tollendi 365
4.8.5 De gerechtigde tot een ius tollendi 365
4.8.6 Het wegneemrecht van de bezitter 368
4.8.7 Het wegneemrecht na bezitsverlies: de nieuwe bezitter versus de oude 369
4.8.8 Het rechtsgevolg van de afscheiding op grond van een ius tollendi 370
4.8.8.1 De wegneemgerechtigde wordt eigenaar 371
4.8.8.2 De oorspronkelijke eigenaar wordt (weer) eigenaar: “het recht van verwerving” 373
4.8.9 Het “recht van verwerving” en de beperkte rechten 375
4.8.10 Het tenietgaan van het “recht van verwerving” 376
4.8.11 De beperkt gerechtigde op de hoofdzaak 378
4.9 Natrekking in een klimaat-neutrale, circulaire economie 380
4.9.1 De circulaire bouw 380
4.9.2 Oplossingen in de literatuur I: art. 3:4 lid 3 BW 384
4.9.3 Oplossing in de literatuur II: weg met het “bestemmingscriterium” 386
4.9.4 Oplossingen in de literatuur III: de kwalitatieve verplichting 389
4.9.5 Oplossingen in de literatuur IVa: het opstalrecht 391
4.9.6 Oplossingen in de literatuur IVb: het opstalrecht en driedimensionaal eigendom 396
4.9.7 Oplossingen in de Literatuur V: het erfpachtrecht 398
4.9.8 De circulaire producent versus een (ouder) hypotheekrecht 402
4.9.9 Oplossingen in de literatuur VI: een nieuw afscheidingsrecht 404
4.9.10 Een nieuwe oplossing? Het ius tollendi van de huurder 406
4.9.11 De voordelen van een huurconstructie 409
4.9.12 Geen beroep op ongerechtvaardigde verrijking 411
4.9.13 De rechtszekerheid 412
4.9.14 De zekerheid van een fi nancier 415
4.9.15 De cessie van het wegneemrecht van de huurder 416
4.10 Het afscheidingsrecht 420
4.10.1 Inleiding 420
4.10.2 Een afzonderlijk afscheidingsrecht van de niet-bezitter 421
4.10.3 Het afscheidingsrecht en het eenheidsbeginsel 424
4.10.3.1 Het afscheidingsrecht en het waardemotief 425
4.10.3.2 Het afscheidingsrecht en de rechtszekerheid 426
4.10.3.3 Het afscheidingsrecht en de beperkt gerechtigden van de hoofdzaak 428
4.10.3.4 Een dubbele levering onder eigendomsvoorbehoud 428
4.10.3.5 Verlies van zakenrechtelijke positie 430
4.10.3.6 De gerechtigde tot het afscheidingsrecht 431
4.10.4 Een zakelijk afscheidingsrecht in het wettelijke systeem 431
4.10.5 Voordelen van het afscheidingsrecht 432
4.11 Afscheiding van een bestanddeel in het BW (conclusie) 433
Hoofdstuk 5 Afscheiding van een bestanddeel in het BW (conclusie) 435
5.1 Slotbeschouwing: Afscheiding van een bestanddeel 435
5.2 Afscheiding in het Romeinse recht 436
5.3 Afscheiding in het Duitse recht 438
5.3.1 De hoofdregel: het “Kontinuitätsprinzip” 438
5.3.2 Bestanddeelvorming en natrekking 439
5.3.3 De Wegnahmerechte 440
5.3.4 Het Aneignungsrecht 440
5.4 Afscheiding in het Nederlandse recht (OBW en BW) 441
5.4.1 Hoofdregel van afscheiding 441
5.4.2 Bestanddeelvorming en natrekking 442
5.4.3 Uitzonderingen op de hoofdregel: Het “recht van verwerving” 443
5.4.4 De afscheidingsrechten 444
5.4.5 Continuïteit in een circulaire economie 445
5.4.6 De dubbele huurconstructie 446
5.4.7 Een algemeen afscheidingsrecht 446
Register verkort aangehaalde literatuur 449
Curriculum vitae 473
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan